Bruine glazenmaker (Aeshna grandis)
Uiterlijk: De bruine glazenmaker doet zijn Latijnse naam eer aan: grandis. Het is in Nederland de grootste glazenmaker en daarmee hoort hij samen met de keizerlibellen en de bronlibel tot de grootste soorten. De soort is goed herkenbaar aan zijn Nederlandse naam, ze maken in het geheel een duidelijk bruine indruk: zelfs de vleugels hebben een geel-bruine gloed over zich. De soort heeft een mooie rij blauwe vlekjes op de zijkant van het achterlichaam en 2 duidelijke, lichtgele banden op het borststuk. Oudere mannetje hebben blauwe vlekken op de ogen, op de aanhechting van de vleugels en op s2.
Voorkomen: Algemene soort van rijk begroeide, stilstaande wateren. Je vind de soort vaak in een bosrijke omgeving, maar je kunt ze met wat geluk zelfs in je stadstuin tegenkomen. De soort wordt zeldzamer naar het zuiden toe en komt niet voor rondom de middellandse zee.
Vliegtijd: Van juni tot oktober met een duidelijke piek in augustus.
Vrouw